Psychoanalytische of psychodynamische behandelingen worden gekenmerkt door een grote diversiteit. Zij zijn alle gebaseerd op kennis die binnen de psychoanalyse opgebouwd werd over de ontwikkeling en het functioneren van de persoonlijkheid, over het ontstaan en het wezen van psychopathologie en over de behandeling daarvan.
Met de term ‘psychoanalyse’ verwijzen we naar dit gedachtegoed.
De psychoanalyse als theoretisch gedachtegoed
‘De’ psychoanalytische theorie of psychoanalyse bestaat niet. In de loop van de geschiedenis hebben zich een grote diversiteit aan psychoanalytische theorieën, modellen en concepten ontwikkeld. Het oorspronkelijk door Freud ontwikkelde gedachtegoed werd door velen na hem verder uitgewerkt tot een rijk en divers kennisgebied. De diversiteit aan theoretische invalshoeken is een van de factoren die zorgen voor de grote variatie van psychoanalytische behandelvormen die er momenteel bestaan.
Er zijn op theoretisch gebied een aantal gemeenschappelijke elementen:
- Psychoanalytische theorieën zijn fundamenteel ontwikkelingsgericht. Zij benadrukken de vormende rol of betekenis van ervaringen in vroege levensjaren voor de verdere ontwikkeling van de persoonlijkheid en eventuele psychopathologie.
- Psychoanalytische theorieën gaan uit van de centrale betekenis van onbewuste processen in de ontwikkeling en het functioneren van de persoonlijkheid. De persoonlijkheidsontwikkeling wordt beïnvloed door processen van interiorisatie in de eerste levensjaren en door het samenspel van individuele aanleg, interpersoonlijke relaties en de bredere (ook maatschappelijke) context. De processen en persoonlijkheidsstructuren blijven grotendeels onbewust.
- Ernstige psychologische moeilijkheden zijn een gevolg van stoornissen in de ontwikkeling van de persoonlijkheid, in de vorming van psychologische functies en structuren. Deze functies of structuren kunnen op zichzelf verstoord zijn of ze kunnen leiden tot een onvermogen om conflicterende tendensen binnen de persoonlijkheid te hanteren. De psychoanalytische theorie van de pathologie gaat dus uit van een functionele, structurele en/of conflictueuze genese van psychologische stoornissen. Eens deze stoornissen gevormd zijn manifesteren ze zich als een specifieke tendens om de eigen persoon, anderen en interpersoonlijke gebeurtenissen te interpreteren vanuit het perspectief van de stoornis. Dit vormt de basis voor symptomatische en relationele moeilijkheden.
- De psychoanalytische behandeltheorie vertrekt vanuit een etiologisch model: zij is niet in de eerste plaats gericht op de rechtstreekse behandeling van symptomen maar op het bewerken van de onderliggende oorzaken van het problematische functioneren – het (onbewuste) conflict en/of de stoornissen in psychologische functies en structuren. De psychische moeilijkheden van de patiënt (het lijden waarmee de patiënt zich presenteert) worden dus geplaatst in de context van een ruimer psychodynamisch perspectief. Er wordt daarbij gekeken naar hun bewuste en onbewuste betekenissen en functies en hun plaats in de particuliere levensloop van de patiënt. In de behandeling wordt dus de gehele persoon in rekening gebracht. In alle vormen van psychoanalytische behandeling worden aspecten van de problematiek van de patiënt doorgewerkt binnen de context van een doordacht gehanteerde therapeutische relatie, waarbij er bijzondere aandacht is voor overdracht, tegenoverdracht en weerstand.
Psychoanalytische of psychodynamische behandelingen
Psychoanalytisch psychotherapeuten laten zich inspireren en beïnvloeden door diverse aspecten van dit theoretisch gedachtegoed. Net zoals in andere therapiemodellen is er ook binnen het psychoanalytische behandelingsmodel een grote variëteit. Net zoals men niet kan spreken over ‘de’ psychoanalyse, bestaat ook ‘de’ psychoanalytische psychotherapie niet. Er is sprake van een grote variabiliteit aan psychoanalytische behandelvormen, die is verbonden met verschillende theoretische accenten en posities, met verschillen in setting en met de specificiteit van bepaalde doelgroepen of problematieken.
De vele varianten van psychoanalytisch behandelingen maken gebruik van methodieken en technieken die zijn ontstaan vanuit technische aanpassingen die aangewezen of nodig waren om tegemoet te komen aan de specifieke behandelbehoeften van mensen met uiteenlopende problematiek en/of om tegemoet te komen aan specifieke vragen, behoeften en doeleinden van de psychotherapeutische hulpvragers. Andere varianten werden ontworpen omwille van praktische noodwendigheden, bijvoorbeeld de mogelijkheden en onmogelijkheden geboden door de specifieke behandelsetting (behandelkader, aantal beschikbare sessies). Specifieke behandelvormen werden ontwikkeld voor gebruik in een specifieke context: diverse vormen van psychoanalytische groepspsychotherapie, behandelvormen voor gebruik in (dag)klinische psychoanalytische behandelsettings, vormen van koppel- en familietherapie, van kindertherapie enzovoort.
Grosso modo wordt onderscheid gemaakt tussen drie brede categorieën van psychoanalytische behandelingen: kortdurende psychoanalytische behandelingen, langer durende vormen van psychoanalytische behandeling en een intensieve variant daarvan, de klassieke psychoanalytische ‘kuur’. Binnen elk van deze brede categorieën kan men verschillende spectra van behandelvormen onderscheiden. Zowel langdurige als kortdurende psychoanalytische behandelingen kunnen gesitueerd worden op een zgn supportief-expressief spectrum, waarbij echter de positie op dit continuüm binnen een bepaalde therapie voortdurend kan veranderen.
Gemeenschappelijk aan alle psychoanalytische behandelvormen is een brede focus: zij zijn gericht op het verlichten van het psychische (en in bepaalde gevallen ook lichamelijke) lijden van de patiënt, op het opheffen van ervaren belemmeringen, het bewerkstelligen van wijzigingen in als onbevredigend ervaren relatiepatronen en in (zelf)destructieve wijzen van omgaan met zichzelf en anderen. Zoals eerder vermeld zijn zij niet enkel symptoomgericht maar uitdrukkelijk ook persoonsgericht.
Er wordt toenemend gestreefd naar een indicatiestelling die onder meer gebaseerd is op verwachte effectiviteit van de specifieke behandelvorm. Er kan hiertoe geleidelijk aan ook gebruik gemaakt worden van onderzoeksbevindingen die duidelijk maken welke specifieke behandelvorm en -technieken, welke duur en frequentie van behandeling, welke setting enzovoort meest aangewezen zijn voor welke patiënten.
De keuze van behandelstrategieën en -interventies en van de wijze waarop de therapeutische relatie gehanteerd wordt is gebaseerd op wat meest waarschijnlijk best werkzaam is voor de patiënt, wat meest tegemoetkomt aan wat hij/zij nastreeft en wat (o.m. qua tijd en financiële mogelijkheden) realistisch haalbaar is.
In alle vormen van psychoanalytische behandeling worden aspecten van de problematiek van de patiënt doorgewerkt binnen de context van een doordacht gehanteerde therapeutische relatie, waarbij er bijzondere aandacht is voor overdracht, tegenoverdracht en weerstand.
Psychoanalytische behandelaars staan open voor beïnvloeding door inzichten uit andere wetenschapsgebieden en zij maken indien dat aangewezen is gebruik van ideeën en technieken vanuit andere therapeutische stromingen, in de mate dat deze in overeenstemming te brengen zijn met de brede psychodynamische principes en de visie op de persoonlijkheid, de pathologie en behandeling zoals eerder omschreven.
Vorming en opleiding
De opleiding tot psychoanalytisch psychotherapeut omvat minimum vier jaren specialistische opleiding, na een vooropleiding in de klinische psychologie, de orthopedagogie of de psychiatrie. Zij bestaat uit een algemene theoretische basisopleiding in de psychoanalytische theorie(en), een eigen leeranalyse of leeranalytische psychotherapie en een theoretische en waar mogelijk ook praktische kennismaking met diverse specifieke vormen van psychoanalytische psychotherapie (met variaties in duur, focus, specifieke problematiek, leeftijdscategorie (volwassene, kind of jongere), setting (individueel, groep, koppel of familie, residentieel) enzovoort). Er bestaat ook een specifieke opleiding in psychodynamische kinderpsychotherapie. Daarnaast is er de vereiste dat de opleidelingen verschillende psychoanalytische psychotherapieën uitvoeren onder supervisie.
Sommige opleidingen hebben de vorm van een postgraduate opleiding binnen een universiteit (m.i.v. een permanent evaluatiesysteem en een academische eindevaluatie op basis van een ingediend specialisatieverslag of paper), terwijl andere opleidingen verbonden zijn aan een specifieke psychoanalytische vereniging, met eigen theoretische affiniteiten, een eigen opleidingsparcours en eigen vereisten.
Voor alle erkende psychoanalytische psychotherapeuten blijft permanente vorming en bijscholing essentieel.
Bibliografie
Luyten, P.; Mayes, L.; Blatt, S.; Target, M. & Fonagy, P. (2015). Theoretical and empirical foundations of contemporary psychodynamic approaches. In: Handbook of psychodynamic approaches to psychopathology (pp. 3 – 26), New York: Guilford